Betreft een houten geverfde wanmolen met zwengel en aanvoerlade, maar zonder zeven en zonder afvoergoot. De molen bestaat uit een houten kist met een ronde blikken bekleding aan de voorzijde waarachter zich een schoepenrad bevindt. Bovenop zit een schuin geplaatste losse aanvoerlade of aanvoerbak. Deze rechthoekige lade mondt uit in een ruimte eronder die gezuiverd wordt door een luchtstroom, opgewekt door een schoepenrad. Onder de aanvoerlade is in een min of meer afgesloten kist het schoepenrad aangebracht met op de as vier vlakke houten bladen of waaiers gemonteerd. Met behulp van de zwengel wordt via een overbrenging met tandwielen het schoepenrad rondgedraaid. Onder de aanvoerbak is een schuine zeeflade gemonteerd. Aan de andere zijkant van de wan is een ijzerbalk aangebracht die via een arm met excentriek de zeefbak horizontaal in dwarsrichting doet bewegen (schudden). Het te reinigen mengsel valt omlaag op de onder elkaar liggende bewegende (bij dit exemplaar ontbrekende) zeven, waardoorheen de opgewekte luchtstroom blaast, die kaf, lichte zaden, korte strodelen en onreinheden uit de wan wegvoert. De wanmolen kan aan de voorzijde aan twee draagbalkjes worden worden opgetild.
Een wanmolen werd gebruikt voor het scheiden van kaf en graan. Het kaf en stof verdwijnt door een opening aan achterzijde. De twijfelfractie of tussenbeide fractie (aren, peulen) verlaten de wan via een schuine goot onder de wan. Strodelen blijven achter op de gaasbodem, terwijl de zaden waarom het gaat door de gaasbodem vallen. Op de zijkant is een merkplaatje geschroefd met daarop vermeld: W. Hermans Maastricht.