De onderbaas van de veenbaas meet met een roede (meetlat van 4 m.) het aantal roeden van de opgeworpen veenspecie. De baggellieden en de turfmakers worden per roede uitbetaald.
De slikmeter in dienst van het Polderbestuur controleert deze meetverrichtingen met een slikmeetlat.
De metingen schrijft hij met een afschrijver op een houten bordje.
Dit schrijfinstrument bestaat uit een holle koker (cilinder), gevuld met witte verf met aan het einde een punt.
De afschrijver wordt afgesloten met een metalen dop.