Kop en schotel gedecoreerd met het alliantiewapen van de families Van Idsinga en Kien. De kop en schotel maakten oorspronkelijk deel uit van een theeservies vervaardigd in opdracht van Meyert Johan(nis) van Idsinga (1716-1763) en Balthazarina Kien (1727-1763), die in augustus 1744 in Batavia in de echt werden verbonden. Het lijkt er op dat dit servies ter gelegenheid van hun koperen bruiloft gemaakt is.
Er zijn nog twee serviezen bekend met het wapen van de familie Van Idsinga: het Arendsma Van Idsinga-servies van rond 1750 en een zeer uitgebreid dinerservies (meer dan 322-delig!) uit circa 1785-1790 waarvan het hier afgebeelde bord deel uitmaakt. De familie Van Idsinga behoorde vanaf de zeventiende eeuw tot het stedelijke patriciaat van Groningen en Friesland.
Meyert van Idsinga begon zijn carrière als notaris in 1736, al in het daarop volgende jaar trad hij in dienst bij de VOC als assistent aan boord van de Maria Adriana. In 1738 keerde hij terug naar Holland om in 1743 weer richting de Oost te vertrekken waar hij een fraaie carrière maakte. Zo diende hij van 1750-1754 de VOC als commandant van de westkust van Sumatra en in 1756 werd hij gepromoveerd tot gouverneur en directeur van Ambon, waar hij in 1763 overleed.
Op de kop en schotel is centraal het alliantiewapen van de families Van Idsinga en Kien afgebeeld. Het wapen wordt bekroond door een kroon en gedragen door twee witte eenhoorns. Onder het wapen is een gouden cartouche aangebracht met schelpmotieven en krulwerk in Lodewijk XIV-stijl. Rondom zijn strooibloemen geschilderd. Het bord is op de rand en wand gedecoreerd met verschillende decoratieve banden, op het plat is het wapen van de familie van Idsinga afgebeeld: een blauw schild met twee gouden klavers en een zilveren rozet.