Versiering in de wand zijn in 4 zones (één op de onderwand, één op de nodus en één op de bovenwand) 6, van onderen en van boven accoladegewijs afgesloten petalen gevormd. In die petalen in kobaltblauw telkens een bloeiende boom, getekend als een silhouet, ingevuld met fijne kruisarcering, stramien genaamd. Onder de lip intern een band met zigzagarcering en halve rozetjes